In de Grotestraat, verrijst in 1908 een indrukwekkend neogotisch hospitaalgebouw naar ontwerp van architect Frans Van Damme. In een kleurige afwisseling van rode baksteen en witte zandsteen roept het gebouw met zijn trapgevels, kruisramen en puntig smeedijzeren hek de sfeer van het middeleeuwse hospitaal op, gotischer dan ooit tevoren.
Een hoekje verder, in de Kattestraat, biedt een langgerekt pand soelaas voor andere hulpbehoevenden. Het gaat om een weeshuis voor jongens, een weeshuis voor meisjes en een rusthuis voor oude vrouwen. Zo staat het in sierlijke gotische letters netjes te lezen boven de witte toegangsdeuren. Bij het opschrift weezen-huys voor-jongens waakt Jozef, vader van Christus. In zijn linkerhand houdt hij een winkelhaak die hem als schrijnwerker goed van pas komt. De heilige Elisabeth van Thuringen, patrones van wezen en ziekenhuispersoneel, houdt een oogje in het zeil bij het weezen-huys voor-meisjes. Boven de deur van het huis voor oude-vrouwen leert Anna, grootmoeder van Christus, haar dochter Maria lezen.
Na bijna 800 jaren zorg worden middeleeuws hospitaal, weeshuizen en rusthuis tegenwoordig ingepalmd door de stedelijke kunstacademie. Nu wordt er zorgzaam kunst gemaakt, goed voor hart en ziel.
De neogotische gevel in de Grotestraat werd in 2013 volledig gerestaureerd. Momenteel doet het gebouw dienst als Kunstacademie.