In 1096 bracht de bisschop van Kamerijk de Sint-Pietersabdij van Dikkelvenne over naar het pas gestichte Geraardsbergen op verzoek van de graaf van Vlaanderen. Door het overbrengen van de relikwieën van de H. Adrianus in 1110 werd het klooster een bekend bedevaartsoord. Het bleef lang een belangrijk godsdienstig en onderwijs centrum.
Na de inbeslagname tijdens de Franse omwenteling volgde de verkoop en de verwoesting van het machtige gebouwencomplex. Enkel het poortgebouw, het abtenhuis en het koetshuis ontsnapten in 1797 aan de sloophamer.
In de 19de eeuw vormde de toenmalige burgemeester, dokter Modeste De Cock, de gebouwen om tot een inrichting voor watertherapie. Hij heeft aan het domein het huidige uitzicht gegeven. Veel oude sierbomen dateren uit deze periode. In 1961 werd de stad Geraardsbergen de volle eigenaar van de toenmalige abdij. Het park en de abdij werden in 1984 omwille van cultuur-historische waarde wettelijk beschermd.